De voor ‘Wonen - Uit te werken’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
wonen met aan-huis-verbonden beroepen of kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
aan- en bijgebouwen;
een stalling voor het houden van vee;
tuinen en erven;
water;
bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
12.2 Bouwregels
Er mag slechts worden gebouwd overeenkomstig het plan zoals dat door burgemeester en wethouders op grond van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening voor deze bestemming is uitgewerkt en in werking is getreden.
12.3 Uitwerkingsregels
12.3.1 Algemeen
Burgemeester en wethouders werken de bestemming uit overeenkomstig het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening en met inachtneming van de volgende bepalingen:
voor de vaststelling van het uitwerkingsplan dient inzicht te bestaan in de gewenste verkaveling;
voor de vaststelling van het uitwerkingsplan dient vast te staan dat een aanvaardbare milieuhygiënische woonsituatie zal zijn gewaarborgd;
voor de vaststelling van het uitwerkingsplan dient vast te staan dat in het uitwerkingsgebied ten aanzien van bodemverontreinigingen en bodemkwaliteit een aanvaardbare situatie is gewaarborgd;
voor de vaststelling van het uitwerkingsplan dient vast te staan dat geen archeologische sporen worden verstoord;
voor de vaststelling van het uitwerkingsplan dient vast te staan geen ontheffing in het kader van de flora- en fauna wetgeving noodzakelijk is dan wel indien noodzakelijk ontheffing afgegeven is;
parkeren vindt plaats op eigen erf.
12.3.2 Uitwerkingsregels ten aanzien van bouwen
Burgemeester en wethouders werken de bestemming uit overeenkomstig het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening en met inachtneming van de volgende bepalingen:
het aantal woningen bedraagt maximaal 2;
de verkaveling en de situering van de gebouwen zal zodanig zijn, dat een goede aansluiting ontstaat op de structuur van de omgeving;
er dient sprake te zijn van een goede landschappelijke, ruimtelijke en stedenbouwkundige inpassing;
de goot- en bouwhoogte van de woningen mag niet meer bedragen dan respectievelijk 6 en 10 meter;
de inhoud per woning mag niet meer bedragen dan 850 m3;
per woning is maximaal 75 m2 aan aan- en bijgebouwen toegestaan;
de goot- en bouwhoogte van bijgebouwen mag niet meer bedragen dan respectievelijk 3 en 6 meter;
ten behoeve van de stalling van vee is een gebouw toegestaan van maximaal 350 m²;
de goot- en bouwhoogte van de veestalling mag niet meer bedragen dan respectievelijk 4 en 7 meter.